Onlangs heeft de gemeenteraad de gebiedsvisie voor de Breestraat vastgesteld. Door de straat flink op te knappen moet Beverwijk weer het winkelhart van de regio worden. De vorige flinke opknapbeurt vond plaats in 2002. Vanaf de heropening regende het klachten over de nieuwe indeling. Koud, saai, ongezellig, er deugde niets van. Nederland ging de afgelopen jaren gebukt onder een economische recessie en winkeliers hadden het toch al moeilijk door de opmars van winkelen via het internet. Als je dan ook nog een impopulair stadscentrum hebt, komt de klap extra hard aan. Klanten gaan op zoek naar de beste optie en kiezen niet meer voor Beverwijk. Een half jaar geleden was ik bij de opening van Geels Meubelen. Eigenaar Paul Geels was trots als een pauw op het bereikte resultaat. Zijn zaak in IJmuiden draaide goed en na jaren van afwezigheid in Beverwijk opende hij een winkel aan de Breestraat. Van vier gekoppelde winkelpanden had hij een prachtige meubelshowroom gemaakt met een oppervlakte van maar liefst duizend vierkante meter. Zaterdagmiddag sprak ik Geels opnieuw. Van de enthousiaste, trotse ondernemer was niets meer over. Boos, verdrietig en radeloos heeft hij besloten de zaak weer te sluiten. “Beverwijkers kijken wel, maar kopen niet. Ik ben geen museum!’’, riep hij me in het voorbij gaan toe. De emoties waren van zijn gezicht te lezen. Geels is niet de enige. Naar verluidt staan veel ondernemers in de Breestraat op de rand van de afgrond. Ik ben benieuwd of de gemeentelijke reddingsactie nog op tijd komt.